Van een bergtop naar een oude bekende

lk lig in m'n hangmat boven op de berg, het is ochtend. Het regent en ik lig onder m'n zeiltje te typen. Ik vroeg me af of ik wilde gaan lezen of wilde gaan schrijven. Ik heb gekozen om te gaan schrijven. Ik heb er niet voor gekozen om m'n hangmat uit te stappen en m'n spullen te pakken voor de wandeling van vandaag. Ik heb besloten om later op de dag te gaan wandelen.

   Dit ligt behoorlijk comfortabel moet ik eerlijk zeggen, m'n handen op perfecte afstand van m'n gezicht, makkelijk te typen terwijl m'n telefoon op de tas onder me ligt en de letters makkelijk zichtbaar zijn met m'n hoofd leunend op de zeikant van de hangmatdoek. Ik hoef alleen maar een paar nekspieren aan te spannen, en het voelt alsof m'n linker bil iets bloed nodig heeft. Ik ga toch stoppen met schrijven en een stukje lezen.

   Gisteravond heeft Giari me een filmpje gestuurd met een prachtige boodschap. Thanks, het heeft me goed gedaan.

   Oke ik ga de hangmat uit en m'n spullen pakken.

   Oke, gisteravond kwam ik ineens langs een paar campers die op de parkeerplaats stonden met mensen buiten. Ze gingen ook naar Rome, oktober zouden ze daar komen. In Rome is het momenteel dertig graden met alleen maar zon. Hier niet. Hier is het derTIEN graden.

   Maar ik vroeg of ik een lied voor ze mocht spelen en heb 'Like a rolling stone' van Bob Dylan gespeeld en daarmee vijf euro verdiend, de kosten van gisteren er weer bij gespeeld.

   Dank voor het lezen.



Ik zit op een terrasje van een pizzeria in Selestat, een stadje tussen Colmar en Strasbourg, en heb zojuist een lift gekregen van een mevrouw richting La Poste. Er is namelijk een boze Luxemburger die vind dat m'n auto in de weg staat. Hij staat ook in de weg in principe. 'I want you to take away before monday.' zei hij, 'no matter how, otherwise I'd call the police.'

   Ik heb met Robin gebeld of hij m'n auto toevallig op wilde halen als ik de sleutel naar hem zou sturen. Dat wilde hij wel. 'Geef me het nummer van die Luxemburger, dan regel ik het met hem.' Dit deed ik waarna Robin me even later weer opbelde terwijl ik verder wandelde. Ik wandelde door hoge bergen, mistige bergen, ik zag geen hand voor ogen, en af en toe begon het te regenen. Maar het gebied was prachtig. Ik kwam bij een yurt, midden op een grasland naast een zandpad, op zo'n 800 meter hoog in de bergen tussen de koeien. Het was een prachtig gezicht. Er stond een auto naast en er waren drie huisjes; twee van hout, een keuken en een washuisje en een yurt. Er naast stond een fontijntje waar vers water uit stroomde. De deur van de yurt stond open en ik wandelde er heen. Binnen, op de grond zat Frans gezin te kaarten. 'C'est notre maison de vacantion.' zei ze. Ik mocht een foto met hen maken en ben verder gaan wandelen, afdalend het dal in. Ik moest namelijk uiterlijk vandaag de sleutel bij La Poste inleveren, anders zou hij zeker niet op tijd aan komen in Nederland, anders wel in Luxemburg. Optie twee: sleutel opsturen naar de boze Luxemburger zodat hij m'n auto kon verplaatsen, als hij daar voor open stond.

   Ik werd gebeld door Robin. 'Jo Freddie, ik zou je sleutel naar de Luxemburger opsturen want ik ga het niet redden voor maandag. Hij was wat nors aan de telefoon maar denk wel dat hij er voor open staat.'

   Ik hoorde Rik aan de andere kant van de lijn praten. 'Hij zei dat de ophaaldienst zeshonderd euro kost plus 25 euro stallingskosten per dag.'

   Thanks.

   Gelukkig stopte er een vriendelijke mevrouw na het opsteken van m'n duim. 'Tu vais ou?' 

   'Ville.'

   Ik vroeg waar zij heen ging en zij ging naar Selestat, middenin het wijngebied in Alsace.

   'Puis-je voyage avec toi a Selestat?' vroeg ik.

   'Oui. La Poste en France, c'est less and less. C'est moins et moins, La Poste.' Bleek dat de enige La Poste in de buurt die open was in Selestat was.

   'I can drop you off here.' zei ze toen we langs de Leclerc reden, een enorme winkel, groter dan een gemiddeld voetbalstadion.

   Zo snel ik kon liep ik naar La Poste, geen tijd te verliezen.

   'Oui? Comment puis-je vous aider?' Hoe kan ik u helpen?

   'Avec un lettre a Luxembourg. Combien de temps prends-est pour un lettre a Luxembourg?'

   'I'll check it.'

   Ik liep achter madame aan en er stond: 'Deux jour' twee dagen op het scherm. Het zou twee dagen duren.

   'C'est deux jour peut-etre.' zei een mevrouw vanuit een ander kamertje. Ze hief haar handen in de lucht. 'Parfois trois jour, parfois quatre jour, parfois une semene. C'est willekeur. Samedi, zondag, pas travaille, wordt er niet gewerkt.'

   Ik kan de gok wagen om m'n sleutels nu te versturen, dat'ie, hopelijk voor maandag - midi - aan komt met het risico een boete te betalen van zeshonderd euro, of ik neem het risico niet en ga liftend of treinend terug naar Luxembourg om m'n auto zelf op te halen. Ik denk dat het geen moeilijke keuze is. Robin zei het ook: 'Ik zou je auto zelf ophalen en hem op een parkeerplaats neerzetten waar hij wel mag staan. En, verzeker hem ook even heh, want als je iemand aanrijdt, dan zit je in de problemen.'

   Dus, nu zit ik hier op het terrasje en denk dat de buitenwereld voor me heeft besloten om m'n reis op deze manier te vervolgen. Aan de ene kant ook wel lekker om weer iets te moeten.


Ik ben in Strasbourg op het moment en ik voel me ontzettend klein in deze enorme stad, maar toch zo groot. Ik heb het gevoel alles aan te kunnen, ik voel me sterk. Ik draag dagelijks twintig kilogram op m'n rug mee, twintig kilometer. Ik voel m'n schouders naar achteren gaan en m'n borst vooruit.

   In de trein vanaf Selestat naar Strasbourg kwam ik een jongen tegen en we raakten aan de praat. Hij bedankte me voor de muziek en zei dat ik moest gaan kijken bij Maison Mimir. 'If you look for a place to sleep. It's a house where only artists live. My father was the argitect of the house and I know a couple of guys there. You'll fit in easily.' zei hij, 'with your music and your bâton - stok.'

   Ik krijg een soort onoverwinnelijk gevoel en alles loopt zo prachtig in elkaar over. Want die mevrouw van de lift van vanmiddag zei dat ik maar eens naar Strasbourg moest gaan. En laat het dan net uitkomen dat ik m'n auto zelf moet gaan halen in Mullerthal. Ik ben nu in Strasbourg en ben naar het huis gelopen. In de ingang stond een soort drumsteltrapper met een fles desinfectiemiddel. Wanneer je op dat pedaal drukte, kwam er zeep uit, althans, dat zou moeten. Ik kwam er niet in want er was niemand aanwezig.

   De muren waren beschilderd en zelfs op de prullenbak stond iets geschreven. Op de muur stond een rondje geschilderd met een kruisje naar beneden en een pijltje rechts naar boven, en een pijltje met een kruisje er door links naar boven. Het zag er mooi uit. Er stonden wat ramen open dus ik heb een paar liedjes gespeeld op de hoop dat iemand naar buiten zou kijken. 'Dirty old town, dirty old town. Come back my love.' en 'The house of the rising sun. There is a house in new orleans, they call the rising sun, it's been the ruin of many poor boys, and god I know I'm one.'

   Niemand keek naar buiten en het zag er enigszins verlaten uit. Helaas stond het hek op slot, anders was ik even naar binnen gekropen om te koekeloeren.

Ondertussen deed ik boodschappen.

   Ik liep terug en er was helaas nog steeds niemand.

   Dus besloot richting een camping te lopen, maar ondertussen kreeg ik een couchsurfingbericht van Wissan. Hij had m'n request geaccepteerd. Ik kon bij hem overnachten. Nu zit ik op een bankje te typen omdat ik even wilde schrijven. Ik wilde schrijven over hoe vrij ik me voel momenteel. Alles is mogelijk, en ik voel me, hoe minder hoe beter. Ik voel me letterlijk even thuis zonder huis terwijl er een meneer in pak naast me aan het telefoneren is. Het is acht voor negen en ik loop zometeen naar Wissan toe. Ik ben benieuwd wat dit avontuur me gaat brengen. Ik ben in ieder geval blij dat ik geen auto heb, geen huis, geen fiets, enkel m'n rugtas en mezelf. Ik kan het weer waarderen om een lift van iemand te krijgen, hoe snel de bergen dan ineens voorbij gaan en hoe snel ik in een andere stad ben met een trein. Binnenkort heb ik weer een auto. Ik leef. Ik zit op een bankje in het park en ik leef. 

   Niets smaakt zo lekker als gratis eten, eten wat anders weggegooid zou worden. 


Ik zit op een terrasje in Strasbourg en het zonnetje schijnt. Vandaag wordt een mooie dag in Frankrijk. Ik heb dan ook zin om in Strasbourg te blijven vandaag. Maar eigenlijk zou ik naar Luxemburg moeten om m'n auto op te halen. De trein gaat om half een, een directe trein naar Luxembourg stad. Ik heb nog twee uur om te beslissen wat ik ga doen. Nu ga ik hier schrijven.

   Gisteren, redelijk moe als ik was, kwam ik aan bij Wessan, een man uit Syrie. Hij had een gratis slaapplaats op z'n bank in ruil voor gezellige aanwezigheid

   'Sorry but I need your passport.' zei hij bij de deuropening. 'But first, drop your stuff there, wash yourself, and we'll do that later.' Hij had geen shirt aan en z'n buik was bezaaid met borsthaar. Hij had een gedrongen postuur, een kortgeschoren baardje en beginnende inhammen aan de zeikanten van z'n hoofd. 'Please, talk English to me because that is easier.'

   Ik wilde eigenlijk geen Engels praten. Ik wil zoveel mogelijk Frans praten zodat ik de taal kan leren. Maar ik was blij dat we duidelijk konden communiceren in een taal die we beiden begrepen. Hij sprak ook Russisch. Ik nam een douche. Het was een heerlijke douche, eentje die ik had gemist na twee nachten zonder. Het water liep via m'n hoofd langs m'n schouders, m'n borst, m'n torso naar m'n benen. Ik liet het in m'n mond stromen en spuwde het uit, voelde de druppels tegen de palmen van m'n hand vallen. Ik waste me helemaal met zeep en stapte verfrist de douche weer uit, kleedde me aan en liep de kamer binnen. Het rook er heerlijk, naar een soort kebabkruidige bolognesepasta. 'Tu as mange maintnant?'

   'Yes, I have eaten. But I'm preparing Pisterna.' Voor het opengeklapte kozijn hingen twee prachtige stukken koeienvlees te drogen, aan touwtjes vastgebonden terwijl op het vuur een kruidenpasta stond op te warmen. Ondertussen spreidde hij een stuk plasticfolie over het tafelblad en haalde één van de stukken vlees voorzichtig van het raam en legde het op het folie. Hij pakte een hand vol kruidenpasta en smeerde het geconcentreerd uit over het vlees. 'This is dried meat in salt and now I'm...  give me one minute.' hij heel voorzichtig verspreidde hij de pasta geleikmatig over het hele stuk vlees en kneedde en masseerde het met passie en een geconcentreerde blik in z'n ogen. Hij wikkelde het het folie eromheen en zorgde er voor dat het hele stuk vlees bedekt was met de pasta, haalde het uit het folie en liep naar het kozijn om het weer te drogen te hangen. ' I do that so the juces of the spices can get into the meat. It would take like one more month before the meat has the perfect flavor inside.' maar terwijl hij het stuk vlees omhoog hief, glipte het uit z'n handen en viel op de grond. 'Aaah this motherfocker!' zo snel hij kon raapte hij het op en wikkelde het opnieuw in het folie en hing het op. 'It's okay, I cleaned the floor before you came. This motherfocker.'

   Hij pakte het volgende stuk vlees, welke dikker was dan de andere. Hier had hij sneetjes in gemaakt en masseerde het van te voren met z'n duimen mals en trok het voorzichtig open om er pasta tussen te smeren. 'So the flavors spread also on the inside of the meat.' zei hij.

   Het water begon me te stromen terwijl ik aandachtig vanaf de bank toekeek.

   Hij herhaalde het ritueel van het eerste stuk vlees en hing het op. 'Can you help me now?' vroeg hij. 'You see that rag? Could you grab it and lay it down on the floor?'

   Ik legde de doek op de vloer, precies onder het vlees terwijl hij een bakje water pakte.

   Uiterst gefocust doop hij z'n handen in het water en begon het met pasta besmeerde vlees te bevochtigen. Hij maakte het helemaal glad zodat het aan alle kanten glom, bestudeerde het tot in de puntjes en zei: 'It's not like the commercie, like in the supermarket. This is made with affection.' de liefde naar het eten straalde er vanaf. 'It's for special occasions. And also, it's for myself, so I do it with extra care. You have something to drink?'

   'No I'm so sorry. I should have bought some.'

   'It's okay.' zei hij en gaf me een ijskoud biertje uit de vriezer. We proostten en gingen samen op de bank zitten. 'So when I was in Italy. I've been in Italy for some times, I see a lot of people they talk with there hands. Also in Syria and other Arabic countries people talk more with there hands to explain.' Terwijl hij dit zei, gebaarde hij met z'n handen om het uit te leggen, met beide handen naast z'n buik. 'It is a lot easier to keep attention when somebody speaks with there hands.' hij ging rechtop zitten, legde z'n handen op z'n knieen, hield z'n rug recht en begon te praten. 'When somebody speaks like this, I wouldn't pay attention because it is less interesting.' zei hij.

   Ik wilde gaan oefenen om met m'n handen te praten. Ik moest denken aan Damian. 'You know, I know a guy and he is clown. He could talk without even saying anything. Just with his eyes, open, and with his hands. He has a great energy also. We could just say nothing but say so much to each other. We understood each other just by hands and facial expression.'

   'Exactly that.' zei hij.

   Hij vertelde dat z'n vader een hartchirurg was en z'n moeder een lerares. Hij was een slimme gozer. Heel aardig ook. Want toen ik m'n slaapzak op de bank neerlegde m'n telefoon oplaadde in het stopcontact net achter de bank onder het raam waar het vlees hing, rook ik het vlees. Hij liep naar me toe en begon het vlees ook te ruiken. 'Here, come smell it.' zei hij.

   Maar terwijl ik m'n hoofd omhoog haalde van het stopcontact, voelde ik iets op m'n achterhoofd en stootte het vlees aan. Het viel niet, maar de pasta was wel enigszins uitgewist. 'Oh shit, I'm so sorry, I'm so sorry.' 

   'Oh no, it's not a problem.' zei hij, 'pas grave.'

   Het was wel een probleem. Gelukkig had ik m'n haar net gewassen onder de douche, maar het was wel een probleem. 'Well I think it is a problem.' zei ik.

   'So now you know it for tomorrow when you get to the contact again.'

   Het was een probleem, gezien de aandacht die hij aan het vlees had besteed en gezien hoe veel dat vlees voor hem betekende. Het was een project waar hij maanden mee bezig was.

   Anyway, hij legde z'n deken uit op de bank en ging liggen en tv kijken. Ik viel vrijwel direct in slaap na een ontzettend lange dag. Ik werd wakker, hoog in de mistige bergen middenin een onweersbui en ging naar bed in een kamer op vier hoog in Strasbourg met een enorme wandeling, een lift naar Selestat en een trein naar Strasbourg waar ik een paar postzegels kocht en een paar uur door de stad heb gewandeld. En nu was ik ban Wissan en lag op de bank en...

   Rrrrringgggg.

   Tegelijk sprongen we op uit bed. Het was kwart over zeven. 'Woow, what a timing.' zei hij en we zaten tegelijk rechtop op de bank. Hij keek me aan. 'You had a good night I think because you were laughing in your sleep and talking in Dutch. I was like whut? What is he talking to me? But you were talking in your sleep.' Hij zat op z'n telefoon terwijl ik m'n ontbijt opat. Om acht uur namen we afscheid. 'You better go to the army.' Zei hij nadat hij m'n tas opgetild had. 'Respect.' Ik had respect voor hem, 'tu vas bien?'

   Nu zit ik hier en heb honger. Ik ga even een plekje opzoeken waar ik wat kan eten.


Ik zit op een terrasje en ben in Mullerthal beland. Het is half negen en ik heb een alcoholvrij biertje besteld en een friet met mayo. Rechts van me staat m'n blauwe bosbes in het gras, onverkocht. Het is verleidelijk om m'n auto voor een dag te verzekeren en zometeen gewoon verder te rijden naar Colmar.

   Ik heb een alcoholvrij biertje en een patat met mayo. Ik laat even bezinken wat ik ga doen zometeen.

   Wat een dag zeg. Ik ben gratis van Strasbourg naar Mullerthal gekomen, treinend en bussend.

   Ik heb veel gelezen vandaag en heb een meneer gesproken. 'Monsier, do you know ce traine vas à Nancy?'

   Hij zei dat deze trein naar Nancy ging. 'You say:' zei hij, 'Savez-vous si ce train vas à Nancy?'

   Ik heb een paar werkwoorden geleerd: gaan - etre

   Je vais

   Tu va

   Il/elle/on vas

   Nous avons

   Vous avez

   Ils/Elles vont


   Dire - Zeggen

   Je dis

   Tu dis

   Il/elle/on dit

   Nous disons

   Vous dites

   Ils/Elles disent


   Prendre - Nemen

   Je prends

   Tu prends

   Il/elle/on prend

   Nous prenons

   Vous prenez

   Ils/elles prennent


   Ik zou uren naar google maps kunnen staren en uitzoeken wat mooie plekken zijn, van boven, maar die plekken zijn heel anders in het echt.

   In de trein terug naar Luxemburg, ik ga vanacht terug rijden.



Ik zit op een stoel in de achtertuin van Flo en Leti. Het voelt bekend en vertrouwd en ik ben net al even binnen geweest. De geur die er hing gaf me een bepaald gevoel dat ik toen ook had, een soort vakantiegevoel en ook een vertrouwd gevoel van een soort tweede thuis; zovan hier kan ik zijn wie ik wil zijn.

   Gisternacht ben ik helemaal deze kant op gereden, elf uur vertrokken vanuit Luxemburg, helemaal tot Loray, the house of the risings sun. Het is minder the house of the rising sun, al is het aantal auto's en caravans dat voor de deur staat, ongeveer gelijk aan het aantal van een half jaar geleden. Het is al een half jaar geleden dat ik hier was, maar het voelt als twee maandjes. Er is weinig veranderd, al is de rommel voor het huis opgeruimd.

   Gisteravond besloot ik eerst een frietje te eten met een alcoholvrij biertje, en besloot ik om pas te besluiten wanneer ik bij de auto in Mullerthal aan zou komen, nadat ik m'n firetje op at. Ik kreeg het gevoel dat het voor mij een grote belangrijke nacht zou gaan worden. Ik kreeg het gevoel dat ik eigenlijk zo snel mogelijk terug wilde gaan naar Frankrijk. Ik wilde gewoon snel weer verder met hoe ik bezig was, gewoon omdat ik in de Flow zat en daarmee verder wilde gaan. Ik had het reisgevoel helemaal terug, sloeg met beide handen op de tafel, stond op en liep naar de auto. Ik zette de navigatie op Colmar en begon te rijden, langs Luxemburg stad waar de wegen moeilijk waren. Ik moest gewoon bordjes Metz aanhouden. Ik gooide de muziek aan en trapte het gaspedaal verder in. De weg was redelijk druk voor de tijd, inmiddels een uur of twaalf. Er reden veel auto's met koffers op het dak en caravans aan de trekhaak, Nederlandse kentekens op route du soleil, onderweg naar het zonnige zuiden. Ik bedacht me hoeveel vrijheid ik had met zo'n auto en dat ik gewoon naar het Zwarte Woud kon rijden in Duitsland bij Freiburg. Ik bedacht me dat ik ook gewoon naar Colmar kon gaan, maar veelal bedacht ik me om die nacht gewoon door te rijden naar Nice, Monaco, de Nederlandse en Belgische kentekens te volgen. Waarom niet? Ik zou wakker worden aan zee met een zon op m'n hoofd, liggend in het zand in het zuiden van Frankrijk, tussen de jongeren, dichtbij Rome. Waarom niet?

   Ik vond het een behoorlijke beslissing om te nemen en besloot al rijdend om Aaron op te bellen. Ik had weinig tijd, want de afslag naar Colmar was over elf kilometer en moest snel beslissen. 'Met Aaron.'

   'Jow man, ik zit met een dilemma en ik moet snel weten wat ik ga doen. Ik zit in de auto en ben onderweg naar Colmar maar kan ook naar Nice rijden, wat een avontuur zou dat zijn!'

   'Maar Fred, dat is niet het grootste probleem. Het grootste probleem is: waar ga je je auto neerzetten? Heb je al een adres waar je hem neer kunt zetten? In Nice ga je toch precies hetzelfde probleem krijgen? Dan gaat er weer iemand opbellen en moet je weer terug om je auto op te halen. Men... ga je reis nou eens echt beginnen man. Je bent nog helemaal niet begonnen. Ik zou zeggen: rijd naar Colmar want daar ken je mensen waar je je auto wellicht neer kunt zetten. Anders moet je hem ergens anders weer ophalen en dan wordt het winter en dan ga je weer terug naar Nederland en zo blijf je tot je veertigste van Nederland naar Italie wandelen, iedere zomer weer opnieuw. "Oh kut, schoenen kwijtgeraakt. We proberen het volgende zomer weer."' Aaron liep naar z'n camper in de buurt van Deventer, waar hij tegenwoordig woont tussen de campinggasten en een baan heeft tussen de bovengemiddelde werkenden. 'Het geeft een beetje een scheef contrast op deze manier.' zei hij. 'Maar rijd lekker naar Colmar toe' zei hij, 'en wandel vanaf daar verder. Als je je reis serieus neemt, doe je dat. En ik denk dat het voor jouw veel meer avontuur is om eens een keer iets op een goeie manier te regelen, dan om weer zomaar het onbekende avontuur in te duiken.'

   Ik had ondertussen de auto neergezet bij een tankstation omdat m'n eendaagse leenautoverzekering afgelopen was na twaalf uur. Ik moest m'n auto weer opnieuw voor een dagje verzekeren. Naast me stond een groep Belgische jongeren naast de auto te roken. Er stonden koelboxen achterin de kofferbak.

   'Freddie, ik zou zeggen, koop een red bull en maak een verstandige keuze. Ik ga slapen want heb morgenochtend rijles.'

   Dus ik stond op de parkeerplaats en dacht: ja hij heeft een punt, maar zo moeilijk is het niet om m'n auto ergens kwijt te kunnen. Desnoods vraag ik een willekeurige boer of m'n auto voor een paar maandjes op z'n erf mag staan, die hebben genoeg ruimte. Maar toen besloot ik om Flo te bellen. Ik wist toevallig dat daar altijd veel auto's, campers of caravans voor de deur stonden. Zouden ze het erg vinden als er nog een auto bij kwam? Ik dacht van niet en besloot Leti op te bellen. 'Oui?'

   'Bonjour, is this Leti?'

   'Oui. Fred?'

   'Oui!' Ik legde haar de situatie uit.

   Ze zei dat het geen probleem was om m'n auto bij haar neer te zetten voor een paar maanden en om een paar dagen langs te komen. Het was inmiddels een uur of twee 's nachts en het zou nog drie uur rijden zijn. 'Je suis à toi en trois heur!'

   'Ca marche.' zei ze.

   Even later kreeg ik een bericht van haar dat ze geen ruimte had voor de auto, maar dat het geen probleem was van de auto. Het was google translate Nederlands dus ik besloot het haar te vragen en door te rijden. Ik schrok.

   Er was ondertussen helemaal niemand meer op de weg, naast af en toe een enkele vrachtwagen. Het enige zicht wat ik had waren de witte strepen op de weg, zichtbaar vanaf zo'n vijftig meter voor me uit, verlicht door de koplampen, passerend in hoge snelheid. Af en toe, in de verte was het nachtlicht van een stad zichtbaar aan de onderkant van een dun wolkendek. Geen straatlantaarns, enkel het asfalt en de binnenkant van m'n auto. M'n rugzak zat op de bijrijdersstoel en er stond een blikje red bull naast me en een pak met madeleine's, streekdelicatesse van Lorainne, een soort muffins in een andere vorm met rozijnen erin. Ik had het nodig want de moeheid van het reizen begon aardig toe te slaan rond half vier, onwetend of ik m'n auto in Loray neer kon zetten. In de ochtend werd ik nog wakker naast Wissan op de bank in Strasbourg. Al treinend en bussend ben ik naar Luxemburg gegaan, en diezelfde nacht terug gereden richting Loray.

   'Geen probleem, je auto kan hier staan.' stond er in een smsje van Leti.

   Ik sprong bijna tegen het dak van de auto aan toen ik het las. Wat een geweldig nieuws! Ik zat me al te bedenken dat het zo perfect uit zou komen. Dan kon ik gewoon vanaf Loray verder wandelen, de plek waar ik vorig jaar geeindigd ben. Alles viel op z'n plek, plus ik ben dichterbij Geneve om daar wellicht met Bruno te meeten en ik kon weer bij m'n tweede familie zijn.

   Ik reed verder, na een tijdje van de snelweg af. Ineens kwam ik op een boeren landweggetje terecht, bochtig door een donker heuvelachtig landschap. Het weggetje was ongeveer zo breed als de auto zelf, maar op de navigatie stond dat ik nog vierenzeventig kilometer moest. Het was hobbelig en ik reed er ongeveer zestig tot zeventig. Het was een ontzettend lastig weggetje en ik hoopte dat dit niet de rest van de route zo zou zijn. En ineens, in m'n ooghoek, zag ik een ree de weg oversteken op zo'n tien meter voor me. Als ik niet volledig de rem in had getrapt, was het arme dier nu verleden tijd geweest. Gelukkig kon ik hem net ontwijken, maar alles in de auto schoof naar voren toe, en ik raakte bijna met m'n borst het stuur. Met zweet op m'n voorhoofd reed ik verder en gelukkig werd de weg makkelijker en breder na een poosje. In de verte, links van me kwam de dageraad op achter een enorme rotsige heuvel. Het licht was oranje, rood-achtig en lichtblauw, bijna wit. Het silhouette van de berg was prachtig en beneden me, beneden de weg boven het dal, hing een slaperige dichte mist. Ik reed op een bergweggetje; rechts was het rotsachtig, tachtig graden omhoog en links het uitzicht met de beginnende zonsopkomst. Het weggetje ging stijl naar boven en plots was het landschap compleet vlak, als een plateau bovenop een berg. In de verte zag ik de bekende heuvel en wist dat ik in de buurt van Loray was. Ik wist het zeker toen de bordjes 'Loray' me passeerden. Ik was er echt! Ik zuchtte van opluchting en checkte of de voordeur open was, maar m'n voorgevoel werd waarheid; ik legde m'n slaapzak achterin de auto en nam een paar nodige uurtjes. Het was half zes en om tien uur werd ik wakker in een gloeiende auto. Ik deed de deuren open en sliep nog even verder. Nu typ ik hier in de achtertuin en hoop zo even een douche te kunnen nemen. Ik ga het vandaag rustig aan doen vandaag.

Reacties